Vijf jaar Uptown Den Haag: 5 lessen en 5 successen
De afgelopen week viel op Instagram de jubileumcampagne van het Haagse Uptown op. Foto’s met de eigenaren, klanten en vrienden van de winkel, gekleed in een speciaal lustrumshirt, doken niet alleen op social media op, maar ook via posters in Chicago, New York en Parijs. ‘De beste campagne tot nu toe’, vindt mede-eigenaar Lars Luttik, die niet al te veel details wil delen: “Als mensen zich alleen al afvragen of dit echt is, zijn we in onze opzet geslaagd. We willen mensen verbazen, zodat iedereen het erover gaat hebben. We hebben er even over moeten denken en vervolgens hebben we een bedrijf ingehuurd om dit vorm te geven. Met een resultaat waar we heel blij mee zijn.”
5 lessen die de eigenaren van Uptown de afgelopen vijf jaar hebben geleerd:
1: Geduld hebben
Luttik: “De eerste twee weken na de opening van Uptown hebben we verschrikkelijk veel verkocht. Daarna werd het iets rustiger. Een klant zei toen: ‘heb geduld, jongens’. Geduld heb je inderdaad nodig, merkten we. Mijn compagnon Bart (van Hylckama, red.) zegt altijd dat we een beetje een ‘gekke winkel’ hebben. En dat klopt. We zijn vrij eigenwijs in de keuzes die we maken qua merkenmix, stijlen en locatie. We kiezen niet snel voor de gemakkelijke weg en het is allemaal net even anders. Soms hebben mensen even nodig om de ‘Uptown-vibe’ te begrijpen, maar het is het allemaal waard. Wij worden er gelukkig van en uiteindelijk onze klanten ook, want op een gegeven moment merk je dat mensen specifiek naar jou komen, omdat je zo’n te gekke winkel hebt.”
2: Keuzes durven maken
“Gaandeweg is ons assortiment veranderd. De afgelopen seizoenen hebben we daarin de nodige keuzes durven te maken. Zo zijn we steeds meer opgeschoven naar een premium segment, met hogere prijzen. We hebben merken laten schieten, omdat we andere labels konden toevoegen. Deze verandering hebben we geleidelijk ingezet, zodat klanten eraan konden wennen dat bijvoorbeeld een trui niet 60 euro, maar 80 euro of hoger kost. Doordat we niet extreem snel zijn veranderd heeft dit goed uitgepakt en is de klant op een natuurlijke manier met ons meegegroeid.”
3: Hulp vragen
“We hebben geleerd hulp te vragen aan mensen die meer verstand van bepaalde zaken hebben. Persoonlijk had ik er aanvankelijk best moeite mee om zomaar hulp te vragen aan anderen, terwijl ik in mijn netwerk zag dat zo’n beetje iedereen dit doet. Het scheelt enorm om je te laten informeren en te laten helpen door anderen. Of te sparren met mensen uit een ander vakgebied. Vroeger kon je vrij gemakkelijk ‘winkeltje spelen’, maar anno 2019 komen er steeds meer werkzaamheden bij waar meer kennis voor nodig is. Zoals het voeren van een webshop.”
4: Minder voororderen
“Sinds een aantal seizoenen kopen we minder via voororder en bestellen we meer na. Dit heeft Bart mij geleerd, want ik wist überhaupt niet dat die mogelijkheid bestaat. In de voorraad zit ontzettend veel geld, dus zijn we strakker gaan budgetteren en streven ernaar niet meer uit te geven dan we denken te kunnen verkopen. Leidraad hierbij is de omzet van een jaar eerder. Het heeft effect: Uptown is al vijf jaar gezond.”
5: Tijd diverser indelen
“Keerzijde van zo vaak zelf in de winkel staan is dat je soms te weinig tijd overhoudt voor andere zaken. Ik zou graag meer aan de winkel willen werken, in plaats van erin. Bijvoorbeeld om verder te bouwen aan het ‘merk’ Uptown, na te denken over hoe je mensen op verfrissende, unieke manieren kan bereiken of eindelijk eens te werken aan een fatsoenlijk buitenbord.”
5 successen van Uptown:
1: Gezichten van de winkel
“Bart en ik zijn Uptown gestart met de gedachte dat we altijd zelf in de winkel zouden staan. We wilden – en willen nog steeds – zelf ‘het gezicht’ zijn. Dit is op meerdere manieren praktisch: door te werken met weinig medewerkers kunnen we de personeelskosten laag houden en we weten exact wat er bij onze doelgroep speelt. We hebben fantastische medewerkers, maar we geloven ook dat zelf op de vloer staan het verschil kan maken of mensen bij jouw binnenstappen of niet. Zeker als je niet op een A-locatie zit. Een goede graadmeter is dat we regelmatig op straat worden herkend.”
2: Cluptown
“Ons clubevent Cluptown is absoluut een succes. Het is geboren uit een grap en inmiddels zo bekend geworden, dat deze avond altijd stijf uitverkocht is. Elke editie is geweldig en maakt me echt gelukkig. Als ik om me heen kijk zie ik vaste klanten dansen en genieten van een drankje. Dat is de meerwaarde van Cluptown: dat we op een andere manier contact maken met onze klanten.”
3: Loyaliteit
“Wat me opvalt: mensen zijn redelijk loyaal. Klanten blijven terugkomen. Dat is wel hard werken, want ze zijn tegenwoordig heel wijs en weten goed welke opties verkrijgbaar zijn. Dit maakt dat je zelf ook goed bij de les moet zijn. Zorgen dat je nog exclusiever bent, dat is de enige manier om klanten te blijven interesseren. Zo verkopen we het Belgische label 7d, dat geen webshop en Instagram heeft. Ze zijn bijna onvindbaar en dat maakt het extra leuk en aantrekkelijk.”
4: Uitverkoopfeestje
“Van oorsprong zijn we niet erg fan van uitverkoopacties, mid-season sales of Black Friday. Het liefst doen we niet mee, onze klanten zijn ons veel te dierbaar. Maar het afgelopen jaar hebben we een andere manier bedacht om met de sale om te gaan. In plaats van er tegenaan te schoppen, hebben we dit fenomeen op een positieve manier benaderd. Niet ‘alles moet weg’, maar er een feestje van gemaakt. Onder meer door de items met aandacht te presenteren – in de winkel en op social media – net zoals je zou doen met nieuwe producten. En dit heeft duidelijk zijn uitwerking gehad op de omzet.”
5: Social media
“Het hele team kan vrij goed omgaan met social media. Momenteel zijn Instagram en Facebook erg belangrijk voor ons. Er zit nog steeds groei in, wat betreft volgers en we zien dat ons klantenbestand hierdoor groeit. We zorgen dat we dagelijks iets posten en proberen daar vernieuwend in te zijn. Inspiratie halen we vaak van buiten de winkel, dat merkte ik laatst ook toen ik ziek was. Ik kreeg heel andere ideeën dan als ik in de winkel zou staan.”